LEZEN EN SCHRIJVEN

Verhalen en gedichten van Petra Oomen

Vallen

Opdracht:

Het kat- en muisspel wordt op 100 manieren gespeeld
Maximaal 250 woorden.

Zo dadelijk zal ik de vernietigende slag toebrengen. Ze staat bij het sculptuur dat op een fiets met kanker lijkt. Haar ogen staan glazig. Ze denkt aan mij of in ieder geval aan wat haar is overkomen vandaag.  Dat doet me deugd.
Al sta ik vlak bij haar, zij zal mij niet herkennen, want ik manifesteer mij in steeds andere gedaanten.  Nu ben ik een oudere dame met een hoedje op. Ridicuul, want wie draagt er nog een hoed tegenwoordig. Daarstraks, op de Van Baerlestraat, was ik een jongen op een skateboard. Ik botste tegen haar aan op het zebrapad en ze viel. Ik riep sorry en zoefde weg.
Het was de enige keer dat ik haar ooit heb aangeraakt, terwijl ik haar toch langer dan twintig jaar heb bemind.  Zij wilde niet inzien dat ik de enige was die haar gelukkig kon maken, dat wij bij elkaar hoorden. Zij heeft mij van zich afgeduwd.
Lang genoeg heb ik geprobeerd om haar tot inkeer te brengen, maar het is niet gelukt. Daarom valt zij zo van de trap, trede voor trede zal ze naar beneden rollen. Gebroken zal ze zijn en dat zal niet onopgemerkt blijven.

Als ze beneden is, maak ik mij bekend. Dan doe ik mijn hoed af, mijn jas uit en terwijl zij sterft, zal zij mij nog één keer aanschouwen. Het  is een troost dat zij dat beeld meeneemt naar het dodenrijk.